Beer Groen

Filmpje

De beertjes zijn op school en de les begint. “Vandaag krijgen we les van Beer Groen,” zegt Beer Juf. “Hij heeft een tuintje achter de school. Jullie hebben hem vast wel eens buiten zien werken in zijn tuin. Hij gaat ons van alles vertellen over groente en fruit. We gaan er direct heen.”

“Groentemorgen,” zegt Beer Groen. “Ik ben Beer Groen en ik verbouw groente en fruit en ik ben blij, dat jullie inmijn tuintje komen. Loop netjes op de paadjes, want er zitten hier babyzaadjes van allerlei plantjes in de grond. Ik ben er erg trots op. Ik geef ze water en verzorg ze
goed. Ik praat er zelfs tegen, dat vinden ze fijn. Je kunt groente en fruit in de winkel kopen, maar vers fruit en groente direct uit de tuin is veel lekkerder. Kijk, ik heb hier allerlei zaadjes. Die haal ik uit het fruit of de groente. Sommigen doe ik direct in de grond buiten, anderen verzorg ik eerst in mijn kasje. 

Ook heb ik allerlei planten en bomen, waar vruchten aan groeien. Het fruit groeit vaak aan bomen of struiken, zoals appels, peren, bananen, sinaasappels, bessen en druiven.” Beer Groen laat allerlei groenten zien, die onder de grond groeien, zoals bijvoorbeeld radijsjes, wortelen, bietjes en aardappels. Andere groenten groeien juist boven de grond zoals bij boontjes, pompoenen, bloemkool en sla.

“Hebben jullie nog vragen?” “Ja,” zegt Beertje Strik, “waarom heeft u zulke vieze handen?” “Ik zit natuurlijk veel met mijn handen in de grond,” zegt Beer Groen, “en de groente zit vaak onder het zand. Maar het is niet vies, het voelt heerlijk om in de grond te woelen en de plantjes te verzorgen. Weet je wat, probeer het zelf eens. Ik heb nog een stukje grond over. Ik heb enkele sterke beertjes nodig, die de grond omspitten.” “Wij,” zeggen Beertje Anders en Beertje Bruin, “wij zijn sterk.”

Nu kan Beertje Strik de zaadjes in de grond poten en er wat zand over heen doen. Een ander beertje geeft de zaadjes wat water. De beertjes gaan hard aan het werk en Beertje Strik krijgt er steeds meer plezier in. Van al dat harde werken krijg je ook honger. “Jullie mogen nu allemaal een appel plukken van de appelboom.” De beertjes smullen heerlijk. Mmmh.... “We gaan weer naar de klas,” zegt Beer Juf. “Wie
verzorgt nu de zaadjes?” vraagt Beertje Strik. “Dat mag jij doen, als je dat wilt,” zegt Beer Groen. “Je mag hier net zo vaak komen als je wilt om ze water te geven en onkruid te wieden. Wil je dat?” “Graag,” zegt Beertje Strik en ze wordt er helemaal vrolijk van. 


In de klas zegt Beer Juf: “Beren moeten groot, sterk, vrolijk en gezond worden! Dus moeten beren veel bewegen, frisse lucht krijgen, goed eten en drinken. Eten en drinken doen we elke dag, maar niet alles is gezond! Snoepen is vaak heerlijk, maar niet altijd gezond! Je hebt het ook niet echt nodig en er zit vaak veel suiker in, wat weer slecht is voor je tanden en je kunt er druk en dik van worden. Toch is er ook wel "snoepgoed" wat lekker en gezond is. Ik zet nu op het bord snoep en goed! We noemen nu allerlei lekkere dingen op en zetten een kruisje bij snoep en als het goed is een krul. Wie weet er iets lekkers?” “Een appel,” zegt Beertje Bril. Juf zet onder snoep op het bord: appel en vraagt: “Is deze ook goed en gezond?” “Ja,” zeggen de beertjes. “Dan is de appel snoepgoed!” De beertjes noemen nu van alles op, maar niet alles is goed, vinden de beertjes. Juf legt uit, waarom niet alles goed en gezond is. Bijvoorbeeld omdat er te veel suiker of vet in zit.
“Ik deel nu een formulier uit, dan kunnen jullie zelf aankruisen welk snoep goed is,” zegt Beer Juf. “Als jullie klaar zijn gaan we eten proeven in de keuken van de school. Daar hebben enkele moederberen en Beer Groen van alles klaar gezet om te proeven. Proef de verschillen in rauwkost, zoals komkommers, sla, radijs, boontjes, wortelen, broccoli, tomaten, uit de tuin van Beer Groen.”


“Waarom zijn het allemaal zulke kleine stukjes,” zegt Beertje Bruin. “Dat is omdat het een les proeven is en geen smulpartij,” zegt Beer Juf. “Zo, nu we alles geproefd hebben, gaan we naar huis. We bedanken Beer Groen hartelijk, want zonder hem hadden we deze les nooit kunnen doen. Eet smakelijk allemaal”.