Vertelverhaal – Nu is er maar één die praat

Vertelverhaal 'Nu is er maar één die praat' 13 pagina

De beertjes zijn erg rumoerig en praten allemaal door elkaar. Beer Juf wil wat zeggen, maar niemand luistert. Ze denkt even na en gaat dan voorlezen. Maar ze leest zo zachtjes dat niemand haar kan verstaan. Eerst heeft niemand het in de gaten, behalve Beertje Strik. Dan roept Beertje Strik: ‘Stil nou, Beer Juf zegt wat, maar ik kan het niet verstaan.’ Sommige beertjes zijn zo druk aan het praten, dat ze het nog niet doorhebben. Dan zegt Beertje Bril: ‘Stil nu!’ Hij kijkt daarbij boos en zegt: ‘Beer Juf probeert wat te vertellen en ik kan het niet verstaan.’ Langzaam wordt het stil in de klas en gaan de beertjes luisteren naar wat Beer Juf zegt. Ze praat zo zacht dat de beertjes hun best moeten doen om haar te verstaan. Als het helemaal stil is gaat Beer Juf plotseling weer gewoon praten en zegt: ‘Nu is er maar één die praat, zodat alles beter gaat en iedereen mij verstaat.’ ‘Het was net zo'n gekakel, het leek wel of ik in een kippenhok stond. Iedereen sprak door elkaar, waardoor iedereen weer luider ging praten om zichzelf verstaanbaar te maken.’ ‘Ik wilde ook gaan schreeuwen, jullie mondjes dichtplakken of op slot doen en de sleutel weggooien.’ ‘Maar toen moest ik denken aan de regel: ‘Lief zijn voor elkaar’ en aan Beer Wild die tam werd.’ ‘Ik wil graag een lieve juf zijn! En gelukkig werden jullie stil om naar mij te luisteren.’  ‘We hebben vijf afspraken gemaakt en daar wil ik nog eens met jullie over praten. Dan is het belangrijk dat we naar elkaar kunnen luisteren en dat kan niet als we allemaal door elkaar praten. Dus vanaf nu is er maar één die praat, zodat alles beter gaat! Ik zet het op het bord. Als je iets wilt zeggen, steek dan je vinger op. Ben jij aan de beurt, dan luisteren de anderen goed naar wat er wordt gezegd, zonder erdoorheen te praten.’

‘Dan gaan we nu beginnen. De eerste afspraak is: ‘Samen spelen, samen delen.’ Iedereen mag een voorbeeld bedenken waardoor we ons beter aan deze afspraak kunnen houden. Denk nu eerst goed na voordat je een vinger opsteekt, dan luisteren we daarna samen naar het beertje dat iets bedacht heeft.’ De beertjes steken nu netjes de vingers op en om de beurt mogen ze een voorbeeld geven, ook luisteren ze nu naar elkaar. Beer Juf schrijft sommige voorbeelden op het bord. Daarna bespreken ze alle vijf de afspraken, en hoe ze deze kunnen verbeteren. 
Juf zegt tot slot: ‘Zo zie je dat goed luisteren naar anderen veel narigheid voorkomt. Veel problemen ontstaan doordat het mondje vaak sneller praat dan je kunt denken. Denk dus eerst goed na voordat je praat.’ Nu is er maar één die praat, zodat alles beter gaat! Sssshhh ... Einde