Plagen

Plagen is niet gemeen, plagen is grappig

Plagen

Plagen is een goedbedoeld grapje. De ander kan ook terugplagen. Zo kun je elkaar om de beurt plagen. Plagen is niet gemeen, plagen is grappig. Om plagen kun samen lachen en de ene keer plaagt de één, de andere keer plaagt de ander. Als de ander het plagen niet (meer) leuk vindt, dan wordt het pesten. Gevoelige kinderen ervaren plagen ook eerder als pesten. Als bij het maken van een grapje, de ander moet lachen, dan is het plagen, wordt de ander stil of verdrietig dan is het pesten.

Het verhaal: Beertje Anders is aan het plagen

Beertje Anders maakt grapjes. Dit doet hij om Beertje Bruin uit te dagen. Hij bedoeld dit goed. Beertje Bruin vindt het leuk en moet lachen om Beertje Anders. Nu gaat Beertje bruin ook grapjes maken. Samen moeten ze nu lachen en hebben dikke pret. Plagen is dus leuk, als de plager en de geplaagde het allebei leuk vinden. Beertje Anders gaat nu Beertje Bril plagen. Beertje Bril zegt: 'Stop daar mee, ik vindt het niet leuk.' Maar Beertje Anders gaat gewoon door. Beertje Bril wordt verdrietig en gaat huilen. Beertje Anders begrijpt nu , dat het niet goed gaat. Hij had het kunnen zien en horen, maar hij was alleen maar bezig met grapjes maken en had niet in de gaten, dat zijn plagen pesten werd. Nu vraagt Beer Juf: 'Wat is hier aan de hand?' Wat zal Beertje Anders zeggen? Hij is misschien bang dat hij iets fout heeft gedaan en zegt daarom: 'Ik dacht, dat ik grappig was' Of hij heeft er van geleerd en zegt tegen juf: 'Mijn plagen werd pesten en ik had dat te laat in de gaten.' Plagen kan dus pesten worden, dat wist ik niet, ik wil geen pestkop zijn! Beertje Anders kan nu alleen nog zeggen dat het hem spijt en dat hij de volgende keer beter kijkt en luistert naar de ander, zodat plagen geen pesten wordt. Sorry Beertje Bril ik wil geen pestbeer zijn.